De Vlindervriendelijke Tuin

Wander van Laar


Tuinontwerpen

Vrolijkheid in de tuin!



Wie wordt er nu niet vrolijk van een fladderende vlinder, kleurrijk en volop in beweging


Vliegend van bloem tot bloem, genietend van de nectar.


Maar hoe krijg je nou die vrolijke fladderaars in je tuin?


Een opsomming van tips om meer dagvlinders in de tuin te krijgen (Ook goed voor bijen en andere insecten!)




Tip 1:   Voedsel voor vlinders (nectar)


Een tuin vlindervriendelijk maken begint met de planten. Vlinders leven van nectar, een zoete stof die in bloemen zit.


Planten bieden vlinders voeding, bescherming en ruimte om hun eieren af te zetten.

De meeste vlinders overleven de winter als eitje, rups of pop. De ontwikkeling staat tijdelijk op pauze en gaat weer verder als het voorjaar zich aandient. Maar een paar opportunisten brengen de winter door als vlinder: de kleine vos, de dagpauwoog, de gehakkelde aurelia, de citroenvlinder en het landkaartje. In de vroege voorjaarszon zijn dit de eerste vlinders die zich laten zien. Zij hebben honger na een lange winter.


Vroeg bloeiende planten zijn dan belangrijk, zodat ze direct voedsel kunnen vinden. Peperboompje, speenkruid en klein hoefblad bijvoorbeeld; om de opgebrande energie weer aan te vullen.


Zo is winterheide ook zeer geschikt om vlinders in het vroege voorjaar naar de tuin te lokken (Zet bij een kleigrond de heide bij voorkeur in een pot, heide is een zuur minnende plant).


Sneeuwbal (Viburnum) is waardevol in april. Judaspenning, Duizendknoop, Vergeet mij nietje en de muurpeper in mei.


In de zomer is de keuze aan bloeiende planten eindeloos.

Je tuin in een zomers vlinderparadijs omtoveren kan dan ook op heel veel manieren: vlinderstruik, verbena (ijzerhard) Kaasjeskruid, Teunisbloem, lavendel en kattenkruid zijn maar enkele van de vele mogelijkheden. Vlinders en bijen zijn ook gek op bloeiende kruidenhoekjes met rozemarijn, lavendel, kattenkruid, marjolein, tijm, of venkel.


Richting het einde van de zomer is de Hemelsleutel, de Rode Zonnehoed, de Vlambloem, het duizendblad en de Dropplant niet alleen een welkome aanvulling in de bloeiende border, vlinders lusten er wel pap van.


En als afsluiters van het vlinderseizoen, de Herfstasters en de Klimop. Naast de nectar zijn vlinders ook gek op (vallend) fruit (een paar beschadigde pruimen op een beschut plekje in de zon, staat garant voor het zien van vlinders)


Een goede vlindertuin bloeit in verschillende seizoenen en biedt nectar van de lente tot de herfst.



Tip 2: Voedsel voor de rupsen


Zonder rupsen geen vlinders! De juiste voedselplanten voor rupsen zijn onmisbaar in een vlindervriendelijke tuin. Deze planten worden ook wel waardplanten genoemd. Rupsen zijn erg kieskeurig, ze lusten vaak maar enkele soorten planten.



Doe eens gek en zet een brandnetel in een pot, de rupsen van de Dagpauwoog, Atalanta, Kleine vos, het Landkaartje en de Gehakkelde Aurelia zijn er verzot op. Naast een brandnetel kun je ook een distel in een pot zetten, dit biedt weer voedsel voor de rups van de Distelvlinder.

Waarom zet je de brandnetel en de distel in een pot? Het zijn woekeraars, in de tuin kunnen ze snel een groot stuk in bezit nemen en in een pot zijn ze goed beheersbaar.



Tip 3: Zet vlinderplanten op een warme plek en uit de wind


Vlinders zijn koudbloedige dieren, de warmte van de zon hebben ze nodig om te vliegen. Ze zoeken de zonnigste plekjes op en het liefst uit de wind, die omstandigheden zijn ideaal voor vlinders om te kunnen opwarmen. Wanneer u een vlinderborder wilt aanplanten, doe dat dan op een zonnige plek met weinig zon.

 

 

 

 

Welke vlinders kunt u in uw vlindervriendelijke tuin verwachten:

 

In de onderstaande lijst heb ik bij elke (meest voorkomende) vlinders de voorkeur aan planten benoemd.

Atalanta (Vanessa atalanta)

 

De Appelvink eet graag de zaden van de Kers (Prunus avium), Spaanse aak (Acer campestre) en van de Haagbeuk (Carpinus betulus). De Appelvink broed graag in de klimop (Hedera helix), liefst een klimop die tegen een boom aan groeit.

 

 

 

>>> meer informatie over de Atalanta (Herkenning, Leefwijze, Verspreiding en Aantallen, Bescherming)

Citroenvlinder (Gonepteryx rhamni)

 

De Bonte vliegenvanger is dol op insecten, dus bomen zoals de Els (Alnus), Esdoorn (Acer), Linde (Tilia) en de Wilg (salix) zijn erg welkom. Ook een vijver is ideaal om deze tuinvogel te lokken.

 

De Bonte vliegenvanger broed graag in een holte (Knotwilg).

 

>>> meer informatie over de Citroenvlinder (Herkenning, Leefwijze, Verspreiding en Aantallen, Bescherming)

Dagpauwoog (Aglais io)

 

De Boomklever eet graag insecten en zaden en noten, vooral de zaden van de Els, Es en de Linde.


De Boomklever broed graag in een holte van een boom (vooral in oude spechtennesten), dus de Eik ziet deze tuinvogel graag in de tuin.

 

>>> meer informatie over de Dagpauwoog(Herkenning, Leefwijze, Verspreiding en Aantallen, Bescherming)

HEESTERS / STRUIKEN

(een aantal die zeer geschikt zijn voor een vogelvriendelijke tuin)

 

 

Een struik of heester is een houtige plant, die zich onmiddellijk boven of reeds in de grond vertakt in een aantal takken, die meer of minder dik kunnen worden. Er wordt dus geen stam gevormd. Struiken worden daardoor niet zo hoog als vele boomsoorten. Zij komen van nature met name langs bosranden voor. Heesters zijn struiken, ook wel verhoudende planten waarbij meestal meerder takken uit de grond komen.

 

In een vogelvriendelijke tuin mogen heesters natuurlijk niet ontbreken. Ze brengen na de bomen een tweede laag aan en ook hier vinden vogels eten, ruimte voor het maken van een nest en bieden ze een veilige schuilplaats. Heesters hebben naast bloemen vaak oook vruchten in het najaar. Tijdens de bloei trekken ze veel insecten aan en in het najaar profiteren de vogels van de vruchten.

Maak een keuze uit heesters die na elkaar bloeien en ook in een andere perioden vruchten dragen. Zo verlengt u het voedselaanbod voor de vogels. 

Duindoorn (Hippophae rhamnoides)

Fijnbladige bamboe (Fargesia nitida)

Gele kornoelje (Cornus mas)

Hulst (Ilex aquifolium)

Mahoniestruik (Mahonia aquifolium)

Rode kornoelje (Cornus sanguinea)

Struikklimop (Hedera helix 'Arborescens')

Vlinderstruik (Buddleja davidii)

Zuurbes (Berberis thunbergii)

Eénstijlige meidoorn (Crataegus monogyna)

Framboos (Rubus idaeus)

Hazelaar (Corylus avellana)

Jeneverbes (Juniperis communis)

Rimpelroos - bottelroos (Rosa rugosa)

Sleedoorn (Prunus spinosa)

Venijnboom (Taxus baccata)

Vuurdoorn (Pyracantha)

Zuurbes (Berberis verruculosa)

Egelantier (Rosa rubiginosa)

Gelderse roos (Viburnum opulus)

Hondsroos (Rosa canina)

Krentenboompje (Amelanchier lamarckii)

Rode bosbes of vossebes (Vaccinium vitis-idaea)

Sporkenhout (Rhamnus frangula)

Vlier (Sambucus nigra)

Wilde kardinaalsmuts (Euonymus europaeus)

Natuurlijk is elke heester een aanwinst voor een tuin.

Enkele voorbeelden van vogelvriendelijke tuinen

De Fruittuin (er is veel fruit verwerkt in deze tuin, vandaar dat ik hem de naam fruittuin heb gegeven) ligt pal op het Zuiden. De tuin is 9 meter breed en heeft een diepte van 14 meter.

 

De boompjes in het midden zijn Conference peren en de leiboompjes aan de zijkant zijn Elstar appelboompjes (in leivorm). In de borders zijn o.a. frambozen verwerkt.

 

De opdrachtgevers zijn geen zonaanbidders, de boompjes zorgen voor de nodige schaduw in de tuin en woning. De peren zijn wel makkelijk in vorm te houden, dus de tuin hoeft niet heel schaduwrijk te worden.

 

De plantvakken zijn goed gevuld met groenblijvende bodembedekkers, deze zorgen ervoor dat de tuin ook in de winter er goed blijft uitzien en dat de plantenborders onderhoudsvriendelijk zijn en blijven.

 

De hagen aan de achterzijde en tegen de woning bestaan uit zuilappels, deze appelsoorten zijn makkelijk in onderhoud.

 

De uistraling vanuit de woning is groen, dus ook vanaf de keukentafel prettig om te zien. 

 

De potten zijn gevuld met Choisya, de Mexicaanse oranjebloesem. Wintergroen en heerlijk geurend (deze plant kan in de zon en in de schaduw staan).

Deze op het Oosten liggende achtertuin is 6 meter breed en heeft een diepte van 13 meter.

 

De verharding bestaat uit een combinatie van oudgebakken klinkers en spottedblue tegels. De verharding is vanuit de woning en vanaf het hoofdterras nauwelijks zichtbaar.

 

Het gazon (merels en lijsters zijn er dol op) ligt op 12 cm+. De berging is aan de woning kant weggewerkt met takkenril en op het dak is dakbeplanting toegepast.

 

De toegepaste boompjes zijn Gieser Wildeman peren (stoofpeertjes), redelijk makkelijk in onderhoud en goed in toom te houden. Tegen de stammetjes zijn op twee plekken nestkastjes aangebracht (linkerkant van de stammetjes - op het Noorden).

 

Aan de rechterkant is in de border een vogelbadje verwerkt.

 

De hagen (120 cm hoog) bestaan uit de eenstijlige meidoorn. Omdat deze haag regelmatig gesnoeid moet worden zal de aanwezigheid van bloemen gering zijn.

 

De erafscheidingen aan de linkerkant en aan de rechterkant bestaan uit een begroeide schermen (betonmat - heidemat - klimop). 

 

 

 

 

Deze op het Noorden liggende achtertuin heeft een afmeting van 6,5 meter breed en een diepte van 12,5 meter.

 

De gehele erafscheiding bestaat uit een begroeid scherm (betonmat - heidemat - klimop). Tegen de achterzijde zijn een aantal vuurdoorns aangeplant.

 

Voor de boompjes is gekozen voor de Amelanchier lamarckii (krent), naast de sierwaarden (bloesem in het voorjaar - vruchtjes - herfstkleuren - fijne takjes) is dit een kleinblijvend boompje die uitermate geschikt is voor de kleine tuin (vogels zijn er dol op).

 

De verharding bestaat uit een vlonder gemaakt van Acaciahout (Let op! wanneer u een vlonder toepast in uw tuin, zorg er dan wel voor dat de vlonder aflopend is, water moet er goed vanaf kunnen lopen, anders wordt het glad. Laat de vlonder ook iets boven de grond zweven, de ventilatie zorgt ervoor dat het hout goed kan drogen).

 

Het water heeft verschillende dieptes en ligt voldoende in de zon. Rechts van de vlonder is het water gevuld met keien (hier kunnen vogels een badje nemen).

 

De rand van het water is op een natuurlijke wijze weggewerkt, beplanting en water lopen in elkaar over.

 

In dit ontwerp is gekozen voor een zeer klein terras aan de achterzijde van de woning (vanuit de woning is op deze manier vooral het groen en het water zichtbaar, dus ook vanuit binnen volop genieten).

 

Tegen de woning zijn op verschillende hoogtes nestkasjes geplaatst en tegen de groene wand aan de rechterkant insectenhotelletjes.

 

In de borders zijn ook veel voorjaarsbollen ingeplant (voorjaarsbloeiers kondigen na de lange winter het voorjaar aan en lokken de net wakker geworden insecten aan).